Oudere kinderen

In deze leeftijd is het mogelijk dat er al aanvullend onderzoek is verricht, waardoor specialisten kinderfysiotherapie adviseren. Mogelijke indicaties kunnen zijn: Motorische ontwikklingsachterstand, D.C.D. Sensomotorische problematiek, A.D.H.D., jeugdreuma, houdingsafwijkingen, cerebrale parese. 

Echter kan het zijn dat dit aanvullende onderzoek nog niet heeft plaatsgevonden, waardoor u of uw kind met vragen zitten. U merkt dat dat uw kind niet lekker in zijn vel zit, mogelijk als gevolg van bewegingsproblemen. De bewegingsproblemen hebben weerslag op het zelfvertrouwen, omdat de kinderen van deze leeftijd zich vaak bewust zijn van het feit dat ze anders bewegen of meer moeite hebben met hun motoriek van hun leeftijdsgenoten. Dit kan sociaal- of emotionele problemen met zich meebrengen. 

Waar zijn de behandelingen op gericht?

• Het oefeningen van motorische vaardigheden, waardoor ze meer zelfvertrouwen krijgen. Het doel is dat het kind beter functioneert in zijn fysieke en sociale omgeving. Ook kunnen er tips worden gegeven en sport-, spel- en oefenadviezen.

• Hypermobiel
• Houterig bewegen – onhandig bewegen/ vaak vallen
• Moeite grove motoriek – niet kunnen fietsen, springen, hinkelen, huppelen)
• Bewegingsangst of onvoldoende zelfvertrouwen
• Moeite fijne motoriek – knippen of zichzelf aan/uitkleden, veters strikken
• Schrijfproblemen – leesbaarheid of het tempo te laag / pijnklachten-vermoeidheid
• Moeite met handhaven of aanvoelen voor een goede lichaamshouding
• Orthopedische klachten – pijnklachten of blessures
• Ademhalingsproblemen – chronisch of hyperventielatieklachten
• Status na fracturen en immobilisatie (gips/tape)
• Conditie- uithoudingsvermogen
• Overgewicht / obesitas
• Diabetes
• Moeite met stilzitten
• Over- of onderbelasting
• Scoliose
• Overgevoeligheid voor omgevingsfactoren als geluid, aanraking etc.
• Contact met leeftijdsgenoten verloopt moeizaam